August 27, 2022

De Debutant (2)

De Debutant omschreef zichzelf als ‘Intelligent, sociaal, humor, leuk, ambitieus.’

Ik hou er niet zo van als mensen zichzelf beschrijven als ‘leuk’. Dat woord komt het beste tot zijn recht in een positieve affirmatie. Iedere ochtend wanneer je voor de spiegel staat dan zeg je tegen jezelf: ‘Ik ben ook leuk, ik hoor er ook bij.’ Het is een bevestiging, een subjectieve beleving, maar geen eigenschap. De debutant bracht het als een eigenschap, maar wie weet bestond die ‘humor’ van haar er wel uit dat ze zichzelf beschreef als ‘leuk’. Wanneer het naar het absurde wordt getrokken dat zou ik dat weer erg kunnen waarderen: laten we samen leuk zijn!

Ik hou er overigens evenmin van als mensen mij vragen om ‘leuk genoeg’ te zijn. Toch hield ik van haar zin ‘ben jij leuk genoeg om een oppas voor te vinden (BAM)?’ Maar dat was omdat het me leuk leek als zij voor mij een oppas ging zoeken. Ik hoopte ze sexy was!

Ik hield er ook niet van dat ze BAM had geschreven achter die zin over de oppas, maar dat was alleen bij de eerste keer lezen. Toen had ik het in mijn negatief geprikkelde vibe gelezen als WHAM, TJAKKA, BAM! Alsof ze probeerde te scoren, want exact dat was het gevoel wat ik van haar tekst kreeg. Bij de herkansing las ik wat er eigenlijk stond: Bewust Alleenstaande Moeder. En nu ik dat las, voelde ik me er een klein beetje slecht over dat ik haar de eerste keer zo in de TJAKKA-hoek had weggezet. Mijn gevoel had mijn verstand vertroebeld. Sorry Debutant.

De laatste zin van haar profiel luidde: ‘Oh ja, mijn eerste eigen boek is bijna af!’ Ook dat kwam die eerste keer als een TJAKKA over me heen. Scoren! Bijna af! Bam! De tweede keer trouwens ook. Terwijl ik schrijven, als het niet benoemd wordt als een boek wat bijna af is, juist een heel prikkelend iets vind. Het is geweldig dat mensen verhalen willen vertellen.    

Nu gaf ik haar het voordeel van de twijfel, die er eigenlijk niet was geweest. Maar wie weet was ze wel heel iemand anders dan ik die eerste keer van haar gemaakt had. Wie weet vond ik haar zelfs wel leuk!

Het werd dus een ‘ja’ en daarom mocht ik op de feestknop klikken. Match! Bam! Woehoe!

Als antwoord op mijn vraag waar haar boek over ging, stuurde ze mij een link naar een pdf-download. ‘Het is leuker als je erover leest dan dat ik je erover vertel,’ schreef ze (nogmaals: ik leek hele andere ideeën over ‘leuk’ te hebben dan zij), ‘want dan kun je zien hoeveel potentie ze in mij hebben gezien.’

Vooruit, dacht ik, wie weet. Ik klikte op de link, maar die het niet. Gelukkig, dacht ik opgelucht. Ik meldde het bij de Debutant, die teleurgesteld was dat de link het niet deed. Ze vertelde dat ze vijf jaar geleden derde was geworden bij een wedstrijd voor het beste afgewezen boek. Eén van de juryleden was toen lovend over haar geweest. Dat wilde ze me laten lezen.

Ik wist ondertussen nog steeds niet waar dat boek over ging en die lovende woorden interesseerden me niet. Dat is ‘leuk’, maar wat zegt het verder?

Misschien moesten we het gewoon ergens anders over hebben, besloot ik. Al had ik er ergens een voorgevoel van dat ze daar niet op zat te wachtten en zich ongezien zou voelen als ik het ineens over een andere boeg zou gooien. Toch deed ik dat: ‘Wat doe je voor werk en heb je het daar een beetje naar je zin?’

Ze reageerde niet op mijn vraag. Niet die dag en niet de dag erna. Voor mij was het definitief klaar. Met haar kon ik blijkbaar nergens over praten.   

Een paar dagen later ontving ik ineens een nieuwe link. Eentje die wel werkte. Ook schreef ze nog maar even dat haar werk prima was. Dat ze voor de helft thuiswerkte en voor de helft op kantoor, maar dat was dus prima.

We waren al klaar, wat mij betreft, dus dit keer reageerde ik niet meer.  

Een paar dagen later stuurde ze een nieuw bericht en stelde ze voor om af te spreken voor koffie. Aankomende zaterdagochtend, want dan had ze tijd.

Op zo’n berichtje moet je wel reageren, vind ik. Gewoon omdat het netjes is. Ik schreef haar dat ik het voorbij liet gaan, omdat ik geen klik voelde. De debutant schreef doodserieus terug: ‘Aha, vandaar. Ik vond je al zo summier in je berichtjes.’