Nederland was het paradepaardje van de cursusleider. In het buitenland bestaat functioneel beheer namelijk niet, maar uit datzelfde buitenland komen wel alle theorieën, trainingen en boeken die in Nederland worden aangeboden. ‘Er bestaat geen Engels woord voor functioneel beheer. Probeer het maar eens aan een Engelsman uit te leggen. Dat gaat gewoon niet. Het bestaat daar niet!’ De cursusleider bleef het herhalen, waardoor het als vanzelf begon te klinken alsof hij iets ongelooflijks vertelde. Een ongelooflijk weetje dat de noodzaak van zijn boek onderstreepte. Een weetje dat, net als het totaalaantal pinguïns op de Zuidpool, ongelooflijk genoeg is om op een t-shirt te printen: in het buitenland bestaat functioneel beheer niet!
Stoïcijns vroeg ik me af wat er mis was met een uit het buitenland afkomstig boek. Als er in zo’n boek een theoretisch kader wordt geschetst van het hele veld van de informatievoorziening, hoezo is dat niet goed genoeg voor de Nederlandse functioneel beheerder? Theorieën zijn grensoverschrijdend. Ze worden niet aan een taak toegeschreven, maar zijn toepasbaar zoals je wil. Het kan er dus niet om gaan dat in het buitenland de taken anders worden verdeeld, want voor een theoretisch kader is dat van ondergeschikt belang.
Bovendien is in het buitenland altijd alles anders, dat is de definitie van buitenland. Interessanter dan uitroepen dat het in de rest van de wereld anders is, is om te kijken hoe uit de verschillen de overeenkomsten volgen. Wanneer je archeologie studeert dan leer je om naar het verleden te kijken als naar een ander land. The past is a foreign country: they do things differently there. Alle taken die in Nederland onder functioneel beheer vallen, worden in het buitenland ook gedaan. Alleen hangen ze daar onder andere functies. Het verschil bestaat niet uit de werkzaamheden, maar uit de grenzen van de verantwoordelijkheidsgebieden. De ene functie pakt deze taken erbij, de andere functie pakt die taken erbij, maar het wordt allemaal gedaan. Schuilt daarin eigenlijk niet de meerwaarde van een buitenlands boek? Het zegt iets over de taken die de Nederlandse functioneel beheerder er misschien ook bij zou kunnen pakken.
De cursusleider bleef erbij dat alle beschikbare informatie per definitie irrelevant was (omdat het uit het buitenland kwam). Daarbij was die informatie ook nog eens theoretisch, waardoor waarschijnlijk zelfs in het buitenland niemand er iets van snapte.
Het probleem met onelinertaal is dat je niet weet hoe alle stukjes in elkaar passen. Onbewust maak je er een samenhangend verhaal van en vervolgens blijkt weken later dat er niets van klopt. Zo deed ik op dat weken-later-moment de ontdekking dat het BiSL-model van Nederlandse bodem is. Het is een Nederlands model en daardoor wordt er in dat model alle ruimte gegeven aan functioneel beheer. Dat meen je niet! dacht ik toen ik erachter kwam, want ik was oprecht verbaasd. Blijkbaar had ik al die oneliners over ‘alles komt uit het buitenland’ niet goed opgevat. De cursusleider praatte niet over theorie, dat had ik allang ontdekt. Ik wist alleen niet dat ik het zo letterlijk moest nemen. Wanneer hij uitspraken deed als ‘alles komt uit het buitenland’ dan had hij het niet over theorie. Duh! Over theorie praatte hij niet. Letterlijk.
Het probleem van die buitenlande boeken en trainingen was niet, zoals ik lange tijd dacht, dat er een theoretisch kader werd geschetst dat geen ruimte bood aan functioneel beheer. Integendeel. Wanneer de cursusleider het over het buitenland had dan had hij het niet over theorie. Hij had het niet eens over informatiemanagement. Hij had het gewoonweg over bekende buitenlandse methodieken voor productontwikkeling en optimalisatie. Duidelijk afgebakende methodieken, alleen niet voor functioneel beheer. De cursusleider was echter zo enthousiast over deze methodieken dat hij wenste dat ze wel voor functioneel beheer waren. Ik chargeer als ik zeg dat de cursusleider na het kijken van de Dakar rally, de enorme monstertruck waarop hij verliefd is geworden in het Amsterdamse straatbeeld als stadsauto wil introduceren, maar daar komt het wel op neer. Hij had de heilige graal gevonden.